Jaap van Ginneken – Het enthousiasmevirus

ginneken

‘Stemmingsbesmetting’: met dat woord duidt Jaap van Ginneken, massapsycholoog en schrijver, een heel aantal fenomenen, van Occupy en plotselinge verschuivingen in de publieke opinie tot teamgeest op de werkvloer. Door de sociale media en mobiel internet doet stemmingsbesmetting zich nog vaker en sneller voor. Nieuwe wetenschappelijke inzichten in bijvoorbeeld werking van spiegelneuronen in de hersenen tonen aan dat die ‘explosieve verspreiding van gevoelens’ ook diep in de natuur verankerd is. In Het enthousiasmevirus beschrijft hij deze twee ontwikkelingen op een toegankelijke, soms wat overvloedige wijze.

Lees verder hieronder of op Athenaeum.nl: Hoe gevoelens besmetten – op afstand

Besmetting op afstand

De aanstekelijkheid van emoties is vanzelfsprekend bij moeder en kind. In kleine kring van naaste familie en directe collega’s kijkt niemand ervan op. Maar ook buiten lijfelijke nabijheid treedt die aanstekelijkheid op, zo laat Van Ginneken zien: onder het personeel van beursgenoteerde bedrijven en zelfs in de internationale politiek. Ook op grote afstand en tussen onbekenden is het mogelijk, vooral nu ‘iedereen online is’ zoals het in de ondertitel van Het enthousiasmevirus luidt. Dat betekent dat de manier waarop de publieke opinie vormt krijgt verandert en het reguliere beeld op economie, mode en psychologie om aanpassing vraagt.

Jaap van Ginneken behandelt bijvoorbeeld ‘stemmingsbesmetting’ in de economie. Zeker sinds de aanhoudende crisis begint door te dringen dat het idee van de homo economicus, die op rationele wijze beslissingen in zijn eigen voordeel neemt, een illusie is. Gevoel speelt een aanzienlijke rol in economie, zo wordt steeds meer duidelijk, en dat ‘subjectieve gevoel’ staat niet op zichzelf maar is onderhevig aan sterke invloed van buitenaf. Dat is te begrijpen in analogie met applaus in een theater; het applaus dat soms moeizaam op gang komt en vervolgens het hele publiek wildenthousiast krijgt. Al in de negentiende eeuw huurden theaterdirecteuren daarom klapvee in, dat vanaf de voorste en achterste rijen het applaus op gang moest brengen. Om een groep van duizend mensen mee te krijgen in een wave, schrijft Van Ginneken, heb je maar drieëndertig enthousiastelingen nodig. Zowel in de economie als in het theater verspreidt dat enthousiasme – of juist de angst – zich vervolgens als een virus.

Een wat ruim kader voor hypes

Van Ginneken gaat van voorbeeld naar voorbeeld, het een nog actueler dan het andere: Occupy, de Arabische Lente, het succes van de iPad. Dat springt enigszins van de hak op de tak. De stemmingsbesmetting werkt als een kader waarbinnen heel veel hypes en plotselinge veranderingen te plaatsen zijn. Dat maakt Het enthousiasmevirus als geheel wat overvloedig. Voor de zeer actuele zaken, zoals de revoluties in de Arabische landen, zal het lastig zijn geweest om ze verder uit te diepen, omdat ze nog steeds spelen en de afstand ontbreekt. Toch lijkt het soms alsof alles wel heel mooi in het kader past, terwijl dit juist extreem complexe processen zijn, waar ook tal van andere accenten te leggen zijn.

De rol van internet en sociale media is een constante die de lezer bij de les houdt. Interessant is de notie van internet als een medium van ‘massale individualisering’: iedereen krijgt online op basis van persoonlijke voorkeur opties voorgeschoteld; een unieke combinatie van massaliteit en individualiteit, van machinerie en persoonlijkheid. Van Ginneken spreekt van ‘het wandelende web’ van tablets en smartphones; we gaan toe naar een situatie waarin iedereen altijd online is. Dat heeft een aantal gevolgen. Je hoort meteen het nieuws, dat zonder interpreterend perspectief steeds een immense relevantie lijkt te hebben. Tegelijk zoek je zelf meteen nadere informatie, om tot een ‘eerste definitie’ van de gebeurtenis te komen. Dat bij elkaar genomen zorgt voor een onmiddellijke stemmingsverandering die zich in concentrische cirkels ‘over de aarde’ uitbreidt, besmettelijk is. De beeldcultuur versterkt dat nog eens.

Spiegelneuronen

Jaap van Ginneken put hoofdzakelijk uit de relatief jonge disciplines van de massapsychologie en de sociologie van collectief gedrag. Ook permitteert hij zich uitstapjes naar de evolutionaire biologie en het neurologische onderzoek naar spiegelneuronen (dat aan de basis van deze theorie ligt). Nog maar anderhalf decennium geleden ontdekten Italiaanse wetenschappers dat in de hersenen dezelfde neuronen oplichten op het moment dat je zelf iets doet of ervaart (bijvoorbeeld je eetlust bevredigen of huilen), als wanneer je iemand anders dat ziet doen. Je hersenen maken daar geen onderscheid tussen, maar spiegelen wat ze bij een ander zien gebeuren. Het kopiëren van emoties, oftewel de ‘besmetting’ daarmee zonder directe aanraking, ligt dus al in onze natuur besloten. Verwacht geen uitputtende behandeling van deze wetenschappelijke revolutie, ook hierin geeft Van Ginneken vooral in vogelvlucht een idee van de materie.

Dit boek verschijnt bij Business Contact en de schrijver probeert dan ook te laten zien wat de praktische toepassing is voor bijvoorbeeld communicatieprofessionals bij bedrijven die te maken krijgen met een plotselinge hype (het zijn natuurlijk vooral haatcampagnes die hen tot wanhoop kunnen drijven). Daarnaast helpt het weet hebben van stemmingsbesmetting om de teamgeest en werksfeer te bevorderen. Een toegankelijke en praktische inleiding in een vakgebied dat de komende jaren ongetwijfeld nog veel opzienbarend onderzoek zal opleveren.


Geplaatst

in

door