Boetekleed is verdwijnmantel

atonement

Filmpersonages zijn vaak goed of slecht, en als ze slecht zijn en toch de hoofdrol spelen, beschikken ze wel over een verleden of een goed gevoel voor humor, waardoor ze alsnog sympathiek overkomen. Ik heb nu kennisgemaakt met een personage dat zo naar is dat ze eigenlijk niet de hoofdrol in een film zou mogen krijgen.

Ik heb het over Briony Tallis uit het Oscarwinnende Atonement. Eerder las ik al het boek van Ian McEwan, waar ik ook zo mijn bedenkingen bij heb. Atonement (in vertaling Boetekleed) is een van die verhalen waarover het moeilijk spreken is, omdat er een verrassing in zit die je niet wil verklappen. Die verrassing is echter de grootste reden van mijn bedenkingen. Ik waarschuw dus alvast: ik ga de verrassing verklappen. Je kunt nu nog iets anders gaan doen.

Het verhaal van Atonement is gruwelijk. En dan heb ik het niet over de verwondingen van soldaten die tot in detail beschreven worden, maar over de makkelijk uitgesproken leugen die de plot in gang zet en de levens van alle betrokkenen ingrijpend verandert, in negatieve zin. De dertienjarige Briony Tallis beschuldigt de verse minnaar van haar zus, tevens huisvriend en beschermeling van haar vader, valselijk van verkrachting. Ze weet dat ze liegt en houdt voet bij stuk. ‘I saw him.’

Haar vastberadenheid maakt Briony onuitstaanbaar, ja, zeg maar gerust een kutkind. Het filmpersonage weet geen moment sympathie te wekken, ik ergerde mij groen en geel aan haar. Enig begrip voor haar daad zou een interessant dilemma in de kijker opwekken, maar die daad is door en door egoïstisch en buitenproportioneel. In het boek is de innerlijke wereld van het kind nog zo mooi en genuanceerd beschreven dat je je als lezer op een ongemakkelijke manier medeplichtig voelt. Je wordt volledig meegevoerd in Briony’s prepuberale wereld, vol niet herkende emoties en fantasieën, zodat je als vanzelf in de leugen belandt. In de film is het gewoon een kutkind.

Nou ja, zulke sterke gevoelens van afkeer bij een fictief personage bieden op zich al genoeg stof tot nadenken. Bovendien wordt Briony ouder en ze realiseert zich dat door haar leugen een onschuldig man in de gevangenis zit en haar zus haar grote liefde kwijt is. De Tweede Wereldoorlog breekt uit en ze probeert iets goed te maken door gewonde soldaten te verplegen, net als haar zus met wie ze geen contact meer heeft. De minnaar en ex-beschermeling vecht aan het front. Wat blijkt? Alles komt goed: ondanks de oorlog beleven zus en minnaar een gelukkig samenzijn. Briony vraagt vergiffenis, die ze niet krijgt. Weten dat zij ze niet voor eeuwig uiteen heeft gedreven, is echter al een hele troost.

Dan komt de verrassing. Ik kende hem al uit het boek: Briony heeft ook het einde verzonnen. Niks gelukkig samenzijn, de twee geliefden gaan beiden dood aan het begin van de oorlog. Briony, inmiddels gevierd schrijfster, geeft ze in een boek het geluk terug dat ze hen eerst ontnomen had. Het is haar manier om boete te doen. Boete doen door de lezer bij de neus te nemen: die had ik nog niet eerder gehoord.

In de film duurt deze ontknoping zo’n vijf minuten, in het boek tientallen bladzijden. Zeer ergerniswekkend, vergelijkbaar met ‘en toen werd hij wakker en bleek het allemaal een droom’. Die Briony speelt voor God door in te grijpen in deze levens en wil vergiffenis krijgen door precies hetzelfde te doen. Begrijpt ze niet dat ze die gedoemde minnaars met rust moet laten? Dat ze wel genoeg ellende heeft aangericht?

Ik ben de enige die er zo over denkt. Ik heb geen één negatieve recensie van het boek kunnen vinden. Wel van de film, maar de kritiek heeft dan geen betrekking op het verhaal van McEwan, maar op de presentatie in de film. Dat zet me aan het denken: hou ik er niet van als een auteur me om de tuin leidt? In de recensies heet het een briljante wending, een postmoderne ontknoping of een reflectie op metatekstueel niveau. Pft! Ik vind het een trucje. Een trucje dat niet werkt, omdat ik Briony nog steeds onuitstaanbaar vind.

Hieruit volgt een meer verontrustende vraag: ben ik te star om te vergeven? Kan iedereen het kreng uit het begin loslaten en de boete van de oudere Briony op waarde schatten? Iedereen, behalve ik? Of ziet niemand in dat de boetedoening van de bejaarde Briony gestoeld is op dezelfde bemoeizucht als die van de dertienjarige? Ben ik de enige die dit doorziet? Wie is hier blind?

Mag je iemand die openlijk het boetekleed aantrekt afwijzen? Zijn er vormen van boetedoening die niet voldoen? De film roept deze vragen niet op, denk ik, daarvoor moet je bij het boek zijn. Dat maakt de film middelmatig en het boek – toch – goed. Dat komt vooral door de ongeëvenaarde stijl van Ian McEwan, die een caleidoscopisch beeld van een feilbaar karakter weergeeft.

Maar lees liever Saturday, waarin je ook van die stijl kunt genieten en je emotionele betrokkenheid niet aan een kutkind hoeft te geven. Waarin écht verrassende plotwendingen de plaats innemen van trucjes, en mijmeringen over een ver verleden vervangen zijn door zeer diepgravende en intelligente overpeinzingen over de actualiteit.


Geplaatst

in

door

Tags: