De doodstraf kan je achtervolgen, of lieve pasgeboren poesjes, maar ook heel wat abstractere zaken. Hoe je persoonlijke, dagelijkse leven verregaand beïnvloed wordt door fictieve, onbestaande dingen. Dit is geen thema, maar een blik op de wereld. Vaak is zo’n achtervolging te herleiden tot iets wat je gelezen hebt, een filosofie die opeens je wereld op zijn kop zet. Hoe taal alles beïnvloedt wat je ziet of wat de consequentie is van absolute vrijheid, bijvoorbeeld. Als dat eenmaal tegen je gezegd is, kom je er niet meer vanaf, je kunt de wereld niet meer zien zoals ervóór. Maar soms is zo’n ’turn’ niet terug te voeren tot een enkel boek of een bepaald college filosofie, maar is die een optelsom van meer of minder toevallige ontmoetingen, artikelen, programma’s et cetera. Opeens zie ik het overal: het fictieve dat zo geïncorporeerd wordt door een mens dat het reële gevolgen krijgt. Naar believen uit te breiden naar het virtuele, het immateriële, dat soort shit weetjewel.
Ik heb het niet eens in de eerste plaats over de virtuele wereld, hoewel die natuurlijk ook reëel inwerkt op het leven. Maar de virtuele wereld is denk ik al heel reëel, en dus niet een goed voorbeeld. Bovendien gaat het niet om iets nieuws, maar zoals gezegd om een manier om naar de wereld te kijken. De negentiende eeuw levert al zonder moeite een wereldberoemd voorbeeld. Madame Bovary verliest zich zozeer romantische boeken, dat die een extreem gevolg krijgen in haar leven (overspel, zelfmoord). Een niet-bestaande wereld komt binnen in de mens, gaat een chemische reactie aan met alles wat in dat mens leeft aan opvattingen, herinneringen, wensen, dromen, en komt vervolgens weer naar buiten in handelingen, uitspraken, beslissingen – kortom een materieel veranderde wereld.
Neem Bob Dylan en I’m Not There. Ook Dylan beweegt zich tussen het bestaande en niet-bestaande, ik noemde hem niet voor niets een ontsnappingskunstenaar. Hij schiep zijn eigen mythe, die realiteit is geworden. Daardoor is hij niet meer te vangen, ontsnapt hij aan elke grip, zijn status wordt almaar mythischer. Een cirkel van fictie en realiteit.
Goed, je eigen mythe leven is wel een heel extreem voorbeeld. Iets soortgelijks gebeurt echter dagelijks met mensen om ons heen, namelijk in realityprogramma’s (waar ik het al eerder over heb gehad). Er zijn zoveel realityprogramma’s dat je kunt zeggen dat inmiddels tientallen mensen per jaar een niet-reëel leven leiden, hoewel ik het toch niet meteen mythisch zou willen noemen. Figuranten in een verhaal, dat ze zelf niet schrijven. Enkelen weten het verhaal naar hun hand te zetten en het fictieve voor zichzelf om te buigen in realiteit. (Ik vrees voor de aantallen lezers die mij hier nog volgen.)
Eigenlijk begon mijn optelsom van… dit – een mooi woord is gewenst – bij Marcel Proust. Ik schreef niet zomaar ‘chemische reactie’, dat beeld heb ik geleend van de grote meester. Mijn initiële verwondering ontstond toen ik zelf meemaakte dat een boek, een roman die toch eigenlijk alleen bestaat in het hoofd van de lezer, in mijn hoofd dus, concrete en praktische consequenties had in mijn leven. Het is een enorm cliché om te zeggen dat Op zoek naar de verloren tijd ‘mijn leven heeft veranderd’, maar als je alle clichématigheid wegdenkt is het gewoon de waarheid. En in dat boek beschrijft hij ook nog eens hoe dat werkt, een boek dat je leven verandert… door wat hij een ‘chemische reactie’ noemt. Daar zal ik een andere keer misschien nog over uitweiden.
Gisteren was ik bij de presentatie van het boek Digital Material en kreeg ik een nieuwe dimensie voorgeschoteld van… dit. Te zeggen dat de roman (mythe, fictie, virtualiteit) bestaat in het hoofd van de lezer is te kort door de bocht. Immers, het immateriële manifesteert zich in eerste instantie toch in het materiële, noem het de hardware (en de mens: wetware). Daar zit denk ik een ingang om verder grip te krijgen op deze… materie. Maar ook zag ik opeens een gapende afgrond voor me openen, de afgrond van de hele geschiedenis van de filosofie. Soms weet ik niet waar ik moet beginnen met denken.
En het is zaak om te weten waar je je gedachten aan moet wijden, want als je er eenmaal op let, is het overal. Voor je het weet kom je in een achtbaan van gedachten en kun je alleen nog maar verwilderd om je heen kijken, totaal paranoïde, als een figurant in The Matrix. Het is zaak om het verhaal naar je hand te zetten en het fictieve om te buigen in realiteit. Of schep ik dan mijn eigen mythe?