Soms lees je een boek, ben je er compleet weg van, schrijf je het ene na het andere citaat over, om er een jaar later achter te komen dat je simpelweg niet meer ziet wat je er ooit zo mooi aan vond. Soms overkomt je het tegenovergestelde.
De laatste dagen ben ik een beetje inspiratieloos. De makkelijkste manier om aan inspiratie te komen, is door je die te laten inblazen door Grote Geesten of gewoon schrijvers op het scherpst van de snede. Ik bladerde door mijn notitieboekje vol citaten en het trof me dat ik blijkbaar precies een jaar geleden bezig was in een boek waar ik altijd nog een stukkie over wilde schrijven. Nooit aan toegekomen, komt nog wel een keer, dacht ik. Nu dus, zij het zonder veel toelichting.
Maar tegelijkertijd moest ik inzien dat noch die halvegare Maloney, noch deze affecterende jonge aristocraat het stempel van het noodlot op zijn voorhoofd droeg, en bovendien kon je in deze ontaarde tijden van joligheid hooguit nog maar van een humoristisch soort noodlot spreken.
Mijn commentaar, toentertijd: Dit is voor mij een voorbeeld van een perfecte stijl. Nog steeds mee eens.
Nog zo een:
Hij is heel geestig. Vijflettergreepwoorden, waar een gewone sterveling nog nooit van gehoord heeft, spreekt hij uit alsof hij “hoed” zegt.
Niet plat, simpel of nietszeggend, maar wel begrijpelijk en grappig. Dat komt vooral door het eerste zinnetje: de karakterisering die gewoonlijk het predicaat ‘erudiet’ (in het positieve geval) of ‘arrogant’ (in het negatieve) zou krijgen, is voor deze verteller juist geestig. Wat meteen een beeld neerzet van degene die beschreven wordt én van de verteller zelf. Bovendien geeft het de toon aan van het hele boek. Knap.
Net als deze (goed lezen):
De zaken kunnen echter ook worden omgedraaid. Maloney is ook niet helemaal helder meer, hij drinkt veel meer dan ik. Misschien krijg ik van hem los wat het geheim is dat hij van mij wil weten.
Het mooiste en merkwaardigste: de zinnen stammen uit 1934. En wie is deze Grote Geest die schrijft op het scherpst van de snede? Antal Szerb. De citaten komen uit De Pendragonlegende. Hoewel de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat zijn andere boek, Reis bij maanlicht, beter is.