De laatste aflevering van Zomergasten werd al op de avond zelf ‘historische televisie’ genoemd. Genoeg om over te puzzelen in elk geval. Vooral de parallellen tussen de aflevering met Erwin Olaf en die met Paul Verhoeven zetten me aan het denken. Er zijn veel lijnen tussen de twee te trekken, wat ook niet zo gek is: de een is regisseur en de ander fotograaf. Beiden gingen uitgebreid in op beelden en vormen. En op geweld. Dat laatste echter op twee heel verschillende manieren.
‘Geweld is ordinair,’ zei Erwin Olaf herhaaldelijk. Verhoeven zou daarop antwoorden (denk ik) dat geweld de waarheid is. Olaf was niet geïnteresseerd in de waarheid, het ging hem juist om fantasie. Reden waarom Olaf het verregaand gestileerde geweld van A Clockwork Orange niet erg vond. In die film staan beelden en vormen voorop – én de morele boodschap. Verhoeven gebruikte de fantasie en het beeld om geweld tot in het uiterste te verkennen. Olaf ging voor lieve dingen, het geweld moet eerder zo ‘fantastisch’ gestileerd zijn dat het uitgeschakeld wordt. Twee uitersten.
Dit klinkt allemaal veel te abstract, makkelijk praten bijna. Esthetisch gebabbel. Maar toen. Een andere vorm van geweld kwam ter sprake: geweld tegen homo’s. Nog terwijl Erwin Olaf zijn geëmotioneerde, woedende, maar tot in de tenen beheerste tirade tegen homogeweld uitsprak, ging het op Twitter al over ‘historische televisie’.
Ik vond het bijna beangstigend om naar te kijken, omdat we dat niet meer gewend zijn: een uitbarsting – die in toom wordt gehouden. Ingehouden woede, expressie en beheersing tegelijkertijd. Weet je hoe moeilijk dat is? Groot respect voor Olaf dat hij dat voor elkaar kreeg, het gaf zijn boodschap een grotere lading en urgentie mee dan tranen of geschreeuw zouden doen.
Maar hoe zit het dan met dit geweld? Geweld tegen homo’s lijkt me heel ordinair. Wegmoffelen of uitschakelen met fantasie kan echter niet. Olaf was precies zo razend omdat gesuggereerd werd dat dat wel zou kunnen. Een politiedame zei dat je je best mag verbergen en anders voordoen als de omstandigheden daar om vragen, beweerde zelfs dat dat geen angst is maar gezond verstand. Daar was hij terecht heel boos over. Toch zegt zij eigenlijk ook: het gaat om het beeld dat je van jezelf vormt, de stilering van jezelf, en daar moet je over nadenken.
Dat echode toch vagelijk wat Olaf zei over Willem-Alexander en Maxima: die konden wel wat meer om hun eigen beeldvorming denken. Jelle Brandt Corstius vroeg: maar als zij nou eens gewoon zichzelf willen zijn? Geen genade. Werk aan je beeld, je beeldvorming. Homo’s daarentegen moeten vooral wel zichzelf kunnen zijn. Los van de morele dimensie – is dit niet met elkaar in tegenspraak?
Ik denk (en ik vond het moeilijk deze paradox te ontrafelen) dat je het moet omdraaien: het gaat niet om homo’s die het beeld van zichzelf moeten aanpassen en dus niet zichzelf kunnen zijn – zoals de politiedame zei. Het draait om de geweldplegers die niet om kunnen gaan met het beeld van homo’s, zeg maar het straatbeeld. Eenieder heeft dat toch gewoon te accepteren, net als dat verstokte republikeinen tegen de monarchie kunnen zijn, maar moeten accepteren dat prinsen en prinsessen nu eenmaal bestaan. Je kunt niet verlangen dat iemand een vals beeld van zichzelf projecteert omdat een ander dat afdwingt met geweld. Het beeld van wie je bent als je jezelf bent.
Willem-Alexander en Maxima moeten ook niet een vals beeld van zichzelf maken, daar prikt iedereen meteen doorheen. Ze moeten het beeld van wie zij zelf zijn op een bepaalde manier versterken. Zoals ik het eerder heb genoemd: je draait een bepaald deel van je gezicht naar het licht, net als wanneer je op de foto gaat.
Dan geef je vorm, aan jezelf.